Iets wat we deze zomer regelmatig hebben gedaan. Als de snoekbaars het even af liet weten was dit visserij waar we voor gingen. En een spannende! Je hebt niet zoveel nodig dus je loopt mooi compact langs de waterkant en je kan een leuk formaat visje vangen.
Laten we even beginnen met het materiaal wat je nodig hebt. Dit hoeft niet iets heel specifieks te zijn. Ga vooral niet te zwaar. Ik gebruik voor deze visserij dezelfde molen en hengel als voor het vissen met shads op snoekbaars. Een spinhengel van 2,40 meter met een werpgewicht van 10 tot 30 gram en een 2500 molen. Op deze molen zit nu in plaats van een gevlochten lijn gewoon nylon met een dikte van 0,25mm. Iets dikker of dunner kan natuurlijk, het is net wat je voorkeur is.
Ook voor de montage hebben we niet veel nodig. Pak een paar karperhaken maatje 8, een zak brood, een floater, een wartel en een rolletje zig rig onderlijn materiaal en je bent er. Wij waren nog luier en gingen voor een compleet setje: floater, wartel en sleeve. Het onderlijnmateriaal en de haken kwamen uit onze karpertacklebox. In ons geval kwam de complete set van Fox (Exocet Float Controller) maar er zullen ongetwijfeld soortgelijke floaters van andere merken te vinden zijn.
Nog even een tip: scoor, als je deze nog niet hebt een grotere hakensteker. Karperhaken zijn van een ander kaliber dan de gemiddelde witvishaakjes. Windes kunnen gulzig zijn, het laatste wat je wil is met een tang achter in de keel van de vis porren. Een hakensteker werkt veel makkelijker. En kies voor haken met een microweerhaak, maak het jezelf en de vis zo gemakkelijk mogelijk.
Meer is het niet…
De montage is simpel. De floater schuif je op je hoofdlijn en dan knoop je de wartel vast. De wartel zet je vast in de floater om te voorkomen dat deze over de lijn gaat schuiven. Je onderlijn maak je zo’n 70 tot 100 centimeter lang met aan de ene kant een lus en aan de andere kant natuurlijk de haak. Aan de kant van de lus schuif je de sleeve over je onderlijn. De lus van de onderlijn hang je nu aan het haakje van de wartel en de sleeve schuif je over het geheel tot de floater, zo voorkom je dat de onderlijn los kan komen. Dat is alles. Knoop 2 of 3 van deze onderlijnen en schaf voor de zekerheid een extra floaterset aan voor het geval je ergens in vast komt te zitten en je kunt de deur uit. Opgetuigde hengel, een beetje reserve materiaal, onthaaktangetje, zak brood, landingsnet en je bent er klaar voor!
Het vissen zelf is ook niet heel ingewikkeld. Sterker nog, je bent meer aan het zoeken en kijken dan aan het vissen. Onze tactiek was om gewoon naar de rivier te gaan en een paar stukjes brood tussen de kribben te strooien. Werden deze gepakt dan ging er een korst op de haak, gebeurde er niets dan liepen we een stukje verder en gingen we weer brood strooien. Onze ervaring is dat er zodra er een korst gepakt werd het niet lang duurde voordat de tweede ook werd weggesnoept. Meestal zaten er meerdere windes tussen de twee kribben en was de grootste truc de haak beazen en tussen de voerkorsten werpen zonder de vissen weg te jagen. Je zal zien dat ze na het inwerpen de voerkorsten even met rust laten maar zodra ze weer beginnen te azen vooral niet veel geks doen. Des te vaker je de lijn beweegt des te groter de kans is dat de korst van de haak valt.
Je floater gebruik je vooral als werpgewicht want meestal is wel duidelijk welke korst als haakaas dient. Vaak is het meer een bevestiging van een aanbeet dan een indicator maar hij is wel heel handig als alle korsten dicht bij elkaar drijven. Tussen de kribben kan de stroming zorgen voor grote lussen in je lijn dus wees hier ook bedacht op. Het zou jammer zijn als je een aanbeet mist omdat er door de stroming een lus in je lijn is gedreven en je hierdoor misslaat. Let trouwens ook op de watervogels bij korstvisserij, je kan beter een vis onthaken. 😉
Dat zijn ze! Mooie visserij…
